Angelina Jolie-effect bij screening borstkankergen

In mei vorig jaar maakte actrice Angelina Jolie bekend dat ze haar beide borsten had laten amputeren omdat ze het BRCA1-gen had geërfd.

Volgens professor Eric Legius van het UZ Leuven heeft Jolie met haar onthullingen het taboe over borstkanker en borstamputatie doorbroken.

"We merken toch dat er nog veel families onbekend waren en nu naar boven komen en opgepikt worden om getest te kunnen worden, zodanig dat in die families vrouwen met een verhoogd risico geïdentificeerd kunnen worden en op een betere aangepaste manier opgevolgd kunnen worden."

In vergelijking met 2012 kwamen er in 2013 50% meer vrouwen langs voor een test van hun genen. "Van 400 analyses evolueerden we naar een 600-tal op jaarbasis", zegt Bruce Poppe, centrum voor Menselijke Genetica Gent. Vrouwen willen weten of ze over het gen beschikken dat de kans op borstkanker verhoogt. "Eigenlijk gaat het om 2 bekende genen die bij iedereen aanwezig zijn. Pas als er in een van beide genen een fout aanwezig is, kan dat het risico op borst- en eierstokkanker vergoten. Als de genen aangetroffen worden, raden we de vrouwen aan om zich goed te laten opvolgen."

Hoewel er meer testen worden uitgevoerd, wordt het gen trouwens niet vaker opgespoord. "Hoe een risico gepercipieerd wordt, is trouwens persoonlijk. De dragers van het gemuteerde gen hebben wel 80 tot 90% kans op kanker, een bijzonder hoog risico dus."

Dat er een verband bestaat tussen deze genen en het voorkomen van kanker is dus niet nieuw, maar opmerkelijk is dat vrouwen zich er dus wel veel vaker op laten testen. "Vrouwen zijn vaak ongerust over hun erfelijk risico op borstkanker, maar als we dan hun familiale geschiedenis gaan evalueren, dan zien we vaak maar weinig elementen die op erfelijkheid wijzen. Dat is de keerzijde van het verhaal: dat de ongerustheid bij vrouwen echt wel is aangewakkerd."