"Swift-akkoord waarborgt privacy onvoldoende"

Het nieuwe Swift-akkoord tussen de Europese Unie en de Verenigde Staten biedt onvoldoende garanties voor de privacy van de Europese burgers. Dat zeggen de Europese privacycommissies. Het akkoord zou ook in strijd zijn met de Europese wetgeving.

Gisteren ondertekenden de Verenigde Staten en de Europese Unie het zogenoemde Swift-akkoord. Dat akkoord regelt het gebruik van Europese bankgegevens door de Verenigde Staten, die ze willen aanwenden in de strijd tegen het terrorisme.

In het akkoord dat gisteren werd ondertekend, zijn in vergelijking met een eerder voorstel al een aantal garanties ingebouwd, op vraag van het Europees Parlement, maar de Europese privacycommissies vinden dat de rechten van de betrokken personen nog niet genoeg gegarandeerd worden.

Zo vragen ze zich af of een Europeaan naar een Amerikaanse rechtbank kan stappen als hij vindt dat zijn bankgegevens onterecht zijn gebruikt. Niet-Amerikaanse burgers beschikken immers over geen enkele verhaalmogelijkheid binnen de geldende VS-wetgeving, waardoor het twijfelachtig is of een juridische schadeloosstelling voor hen wel mogelijk zal zijn.

Volgens de privacycommissies is het akkoord bovendien in strijd met de Europese wetgeving. De voorwaarden voor het verder doorgeven van de gegevens zouden niet beantwoorden aan de vereisten van de EU-wetgeving.

Volgende week wordt het Swift-akkoord besproken door het Europees Parlement. De privacycommissies roepen de parlementsleden op om met hun bedenkingen rekening te houden, maar in feite liggen de grote lijnen van het akkoord nu al vast en wordt het veeleer een formele bespreking.

Meest gelezen