Een hoogdag voor de Ravelianen

Exact 90 jaar geleden werd in Machelen-aan-de-Leie Roger Raveel geboren. Raveel ontwikkelde zich in de loop van zijn leven tot een van de belangrijkste, naoorlogse Belgische kunstenaars. Zijn allitererende naam wordt vaak met witte vierkanten, spiegels, Beervelde en Zulma in één adem genoemd. Een overzicht.

Roger Raveel leerde de knepen van het kunstenaarsvak aan de Stedelijke Academie van Deinze, om die studies aan de Koninklijke Academie voor Schone Kunsten in Gent af te werken. Aan de Academie van Deinze zou hij overigens later zelf enkele jaren les geven. De geschoolde kunstenaar laat voor het eerst van zich horen in 1948, wanneer hij samen met Jan Burssens, Kamiel D’Havé en Pierre Vlerick de kunstenaarsgroep “La relève” opricht.

In de vroege jaren vijftig maakt Raveel kennis met kunstenaars als Karel Appel en Corneille, geesteskinderen van de dan heersende Cobrabeweging. Raveel kiest resoluut voor een andere richting en laat al in die jaren vijftig zijn witte vierkanten, die later als typerend voor zijn werk zullen worden beschouwd, op de kunstminnende wereld los.

Abstract en figuratief

De combinatie van abstracte en figuratieve kunst vangt aan met een overwegend abstracte periode van 1955 tot 1961. Later in die gouden jaren zestig wordt Raveel een van de gangmakers van de zogeheten “Nieuwe figuratie”. Een aantal kunstenaars, onder wie Raoul De Keyser en Etienne Alias, zetten zich onder die noemer samen af tegen een aantal tot dan toe heersende waarden. In 1966 beschilderen ze de kelder van het kasteel van Beervelde van met gigantische muurschilderingen.

In 1977 mag Raveel die krachttoer nog eens overdoen, wanneer hij het Brusselse metrostation Mérode van fresco’s voorziet. In 2003 beschildert hij binnen het kader van de grootse kunstmanifestatie "Beaufort 2003" een volledig tramstel van De Lijn. Ondertussen creëert Raveel gewoon verder en zijn de werken van abstract over eerder figuratief naar een typerende mix van de beide stijlen geëvolueerd. Raveel gebruikt heldere kleuren, durft met beweging te experimenteren en bouwt gestaag aan een eigen stijl.

Duiven, vierkanten en zwanen

Inspiratie haalt Roger Raveel uit dagdagelijkse objecten, mannen, vrouwen en uit zijn eigen dorp. Dat gegeven uit zich onder meer in “Neerhof met levende duif” (1962), waarin een levende duif in een kooi deel uitmaakt van een schilderij.

Het werk moet letterlijk gevoed worden; zelden was de link tussen kunstwerk en omgeving zo immanent aanwezig. Dat is ook de bedoeling van de spiegels die Raveel vaak in zijn kunstwerken integreert. Zowel de kijker als de omgeving maken dankzij de weerspiegelingen en spiegelbeelden deel uit van het werk.

Ook de witte vierkanten die her en der opduiken worden als typisch Raveliaans beschouwd. Ze stellen een leegte en een afwezigheid voor die in de loop der jaren tot een handtekening van de kunstenaar is verworden. Maar Raveel is alles behalve een onbeschreven blad. Ook met plastische kunst experimenteert hij, wanneer hij het kubusvormige “Karretje om de hemel te vervoeren” (1968) vervaardigt bijvoorbeeld. Het plastische wordt met het engagement van de kunstenaar verenigd wanneer Raveel in witte houten zwanen op de Brugse reien loslaat om de vervuiling van het water daar aan de kaak te stellen.

Het einde van een era

In 1999 beleeft de carrière van Raveel een hoogtepunt, wanneer de Stichting Roger Raveel een eigen museum voor de kunstenaar opent in zijn geboortedorp. Ook in 2007 staat de schilder in de kijker. Naar aanleiding van zijn 85e verjaardag wordt met de retrospectieve “De schilder spreekt”  feest gevierd in Oostende. Het plastisch werk van Raveel wordt er gecontrasteerd met werk van Rooland Joris en Rutger Kopland. Ook de literatuur van Hugo Claus, met wie Raveel tussen 1947 en 1962 een intense correspondentie onderhield, kreeg er een plaats. De permanent tentoongestelde installatie “Confrontatie” in het Koningspark in Oostende is tot op vandaag een herinnering aan dat feestjaar.

Een dieptepunt komt er in 2009, wanneer Raveels vrouw en eeuwige muze Zulma overlijdt. Raveel stelt in het voorjaar van 2010 eigen werk, als een hommage aan zijn overleden geliefde, tentoon in zijn museum. In februari van dit jaar vindt Raveel in de vijftigjarige Marleen Muer een nieuwe muze. Het koppel huwt, en dat gaat in verschillende media gepaard met heel wat controverse.

90 jaar feest

In de loop der jaren werd Roger Raveel veelvuldig bekroond. Zo ontving hij in 1958 en 1960 al de Prijs voor de Jonge Belgische Schilderkunst, werd hij in 1983 gelauwerd met de Internationale Joost vanden Vondelprijs en ontving hij in 1992 de Gouden Erepenning van de Vlaamse Raad. In 1995 werd hij tot ridder in de adelstand verheven en in 1996 werd Raveel gevierd met de Van Ackerprijs.

Vandaag wordt de kunstenaar 90, en ook dat is een reden tot feesten. De verjaardag wordt gevierd met de tentoonstelling “Albisola” in het Raveelmuseum, met een overzichtstentoonstelling in het Nationale Museum voor Schone Kunsten in Chili en met een bijzondere expo in het Museum voor Moderne Kunst in Arnhem.

Vier mee met de schilder

Van 3 juli tot en met 30 oktober 2011 loopt in het Raveelmuseum in Machelen-aan-de-Leie de tentoonstelling "Albisola". De expo toont de kunstenaar in een internationaal kader met werken van Lucio Fontana en Asger Jorn, kunstenaars die Raveel in de jaren zestig al in Italië ontmoette.

Voor wie het graag verder van huis zoekt loopt vanaf 8 oktober 2011 in het Museum voor Moderne Kunst in Arnhem (Nederland) een overzichtstentoonstelling van Raveel, met werken uit de Nederlandse collecties en het accent op het tekenwerk van de schilder. Aan de andere kant van de oceaan loopt al sinds 14 juni 2011 een overzichtstentoonstelling in het Nationale Museum voor Schone Kunsten in Santiago de Chile (Chili).

Ingeborg Deleye

Meest gelezen