Massale uittocht uit Libië komt op gang

De massale evacuaties uit Libië komen op gang. Verschillende landen halen hun landgenoten terug. Afgelopen nacht is in Eindhoven al een Nederlands militair vliegtuig met 82 mensen van verschillende nationaliteiten geland. Een tweede vliegtuig is onderweg naar Tripoli.
In Parijs zijn vannacht honderden Fransen geland die uit Tripoli geëvacueerd zijn.

In Libië wordt al dagenlang geprotesteerd tegen het regime van kolonel Moe'ammar al-Khaddafi. Dat protest wordt op gewelddadige wijze de kop ingedrukt door de autoriteiten. het aantal doden wordt intussen geschat op minstens 640.

Verschillende landen zijn daarom met de evacuatie van hun landgenoten gestart. Nederland had gisteren al een militair vliegtuig naar Libië gestuurd om mensen op te pikken die er wilden vertrekken voor het hevige geweld. Vannacht om 2.15 uur is het vliegtuig geland in Eindhoven. Aan boord zaten 82 personen, 33 Nederlanders en 49 mensen met een andere nationaliteit, onder wie 9 Belgen.

De passagiers kozen ervoor om niet met de pers te praten. De piloot die het toestel bestuurde, stond correspondent Joris van de Kerkhof wel te woord ."We zagen een normaal functionerend internationaal vliegveld. Er was geen paniek, toch niet op het deel van de luchthaven dat wij hebben gezien. In de vertrekhal moet het er wel chaotisch aan toe gegaan zijn."

Het tweede Nederlandse vliegtuig dat nu op weg is naar Tripoli zal eerst naar het Italiaanse eiland Sicilië vliegen. Van daaruit kan het snel in Libië zijn, maar dat zal ten vroegste voor morgen zijn. Het toestel kan 50 mensen terug meenemen. Momenteel zijn 10 mensen aan boord, onder wie de bemanning en hulpverleners.

Duizenden buitenlanders verlaten Libië

Ook verschillende andere landen hebben al vliegtuigen naar Libië gestuurd om landgenoten op te halen, of zijn dat van plan. In de Franse hoofdstad Parijs zijn vannacht twee Franse militaire vliegtuigen geland met aan boord 500 Franse burgers die uit de Libische hoofdstad Tripoli zijn weggehaald. Ze zagen er nerveus uit en hadden niet veel zin om met de pers te praten. De mensen die dat wel wilden, zeiden dat ze zelf weinig informatie hadden over wat er allemaal precies gebeurt in Libië.

Ook de Franse petroleumgroep Total heeft beslist om al zijn personeel uit Libië terug te trekken. Total is ook gestart met het opschorten van een deel van de productie in Libië, hoeveel wou het bedrijf niet kwijt. Ook het Italiaanse ENI heeft een deel van de productie stilgelegd.

"Grootste reddingsactie uit geschiedenis"

Naast Frankrijk hebben ook Portugal, Polen, Duitsland, Groot-Brittannië, Italië, Bulgarije, Oostenrijk, Rusland en Jordanië al honderden mensen uit Libië geëvacueerd. Er worden nog meer evacuaties aangekondigd, hetzij per vliegtuig, hetzij per boot. Turkije heeft zo'n 3.000 landgenoten weggehaald met ferryboten vanuit de havenstad Benghazi. In totaal werden al 5.000 Turken geëvacueerd, volgens de Turkse minister van Buitenlandse Zaken gaat het om "de grootste reddingsactie in de geschiedenis" van zijn land. Naar schatting werken er in Libië 25.000 Turken. Er zijn 200 Turkse bedrijven actief in bouwprojecten.

De Verenigde Staten, die geen toestemming hebben gekregen om met vliegtuigen in Libië te landen, hebben twee catamarans gecharterd die vanuit Malta vertrokken zijn om in Libië landgenoten op te pikken. Er wordt voorrang gegeven aan mensen die medische zorg nodig hebben. In Libië verblijven naar schatting zo'n 600 Amerikaanse staatsburgers en enkele duizenden met de dubbele Amerikaans-Libische nationaliteit.

Ook heel wat landen in Azië bereiden zich voor om hun landgenoten uit Libië weg te halen. China wil met behulp van vier Griekse ferry's zo'n 15.000 Chinezen evacueren. Ook India, Bangladesh, de Filipijnen, Sri Lanka en Nepal werken concrete evacuatieplannen uit. In Libië werken tienduizenden mensen uit Zuidoost-Azië, voornamelijk als arbeiders in de bouw. Bangladesh zou tot 60.000 arbeiders willen terughalen. 

Noord-Afrikanen, zoals Tunesiërs die in de olie-industrie werken, steken met duizenden over land de grens over.

Meest gelezen